Skip to main content

MEER nieuws

Bekende verblijfplaatsen beschermen inclusief een buffer eromheen?

Onbekende verblijfplaatsen beschermen door een buffer van 200 meter of toch liever 1500 meter

Geschreven door: Anne-Jifke Haarsma | Datum: 12 november 2024 | Afbeelding: Saskia Ruth

Door de afgelopen 20 jaar intensief onderzoek weten we redelijk goed waar alle kolonie (man en vrouw) van de meervleermuis zich bevinden. Echter een groot deel van de verblijfplaatsen van deze kolonies zijn nog onbekend: naar schatting zijn ruim 80% van alle verblijfplaatsen onbekend. 

Een korte termijn aanpak om versneld te isoleren, is een aanpak waarbij vleermuizen op een natuurvriendelijke manier worden uitgesloten. Deze vorm van blind isoleren is onder voorwaarden toegestaan tot een Soort Management Plan (SMP) is afgerond. Het probleem is echter dat verblijfplaatsen en vleermuisnetwerken vaak onbekend en dus onbeschermd blijven voordat een SMP is afgerond. Dit vraagt om een nieuwe strategie om het risico voor vleermuizen en hun verblijfplaatsen tijdens deze overgangsfase te minimaliseren.

Hiervoor is bedacht om een buffer rondom bekende verblijfplaatsen te trekken, en alle gebouwen binnen die buffer uit voorzorgsprincipe uit te sluiten van isolatie. Over de toepassing van deze buffer, en met name de afmeting van deze buffer bestaat veel discussie. 

Klein beetje woningen minder isoleren, groot positief effect op vleermuizen

Fotograaf of tekenaar: Saskia Ruth

Berekeningen (zie rapport) laten zien dat bij toepassing van een ecologisch verantwoorde buffer (1500 m) voor de meervleermuis op korte termijn maximaal 6,5% van de panden uit het potentieel te isoleren woningbestand niet blind geisoleerd kunnen worden.

Massale na-isolatie vormt een aanzienlijke bedreiging voor meerdere vleermuissoorten. Om de wettelijke en ecologische bescherming van verblijfplaatsen te waarborgen is het toepassen van een ecologisch relevante buffer raadzaam. De impact van het toepassen van deze buffer verschilt per provincie: met name Friesland, Noord-Holland en Zuid-Holland worden sterker beïnvloed (kunnen in sommige gemeentes minder isoleren). Handhaven van deze buffer waardes is raadzaam tot het moment dat het hele netwerk van de bekende kolonies in kaart zijn gebracht.

Gericht onderzoek nodig, ook voor laatvlieger

Gerichte monitoring van kolonies kan een snelle oplossing bieden: hoe meer kolonies een bekende verblijfplaats met coördinaten hebben, des te kleiner de bufferzones die verdere isolatie van huizen beperken. Het is duidelijk dat het gebruik van buffers voor de meervleermuis mogelijk is maar gehinderd wordt door hiaten in kennis en gegevens over de meervleermuis. Voor andere gebouwbewonende vleermuissoorten, zoals de laatvlieger, is het waarschijnlijk nog complexer om geschikte maatregelen te treffen, omdat de kennis- en gegevenslacunes bij deze soorten nog groter zijn.

Landelijke overheid volgt advies om ecologische relevante buffers toe te passen niet op

De ecologische buffer rondom bekende verblijfplaatsen is niet doorgevoerd. In plaats daarvan heeft de landelijke overheid een buffer van 200 meter ingesteld. Ondanks dat de locatie van veel verblijfplaaten in de NDFF bekend zijn, is deze data slecht sporadisch gebruikt bij de toepasssing van de buffers. Isolatiewerkzaamheden zijn ook mogelijk via regelingen waarin geen gebruik hoeft gemaakt te worden van een buffer zone.

Op dit moment is blind isoleren via allerlei regelingen nog steeds mogelijk. De kans dat bij isolatiewerkzaamheden een verblijfplaats wordt vernietigd, en of vleermuizen worden ingesloten is nog steeds aanwezig. Doordat het aanbod aan geschikte huizen voor sommige soorten steeds kleiner wordt, is de kans op schade door isolatiewerkzaamheden steeds groter.